Uitspraak in het Plat: /ɾiːksɔːdlɐ/
zelfstandig naamwoord
Afbreking: Rieks·aad·ler
Pluralis: Rieks­aad­lers m de Rieks­aad­ler

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: Riek + Aadler