Uitspraak in het Plat: /ba͡ɐçkɛɪ̯/
zelfstandig naamwoord
Afbreking: Barg·keed
Pluralis: Barg­ke­den f de Barg­keed
[1]
perifere woordenschat
Nedersaksisch:
Nederlands:
Engels:
Duits:
Voorbeelden:

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: Barg + Keed