Uitspraak in het Plat: /tɔbakspiːˑp/
zelfstandig naamwoord
Afbreking: To·backs·piep
Pluralis: To­ba­cks­pie­pen f de To­ba­cks­piep
[1]
geavanceerde woordenschat
Nedersaksisch:
Nederlands:
Engels:
Duits:

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: Toback + Piep