Uitspraak in het Plat: /vɛɪ̯sn̩kɪnt/
zelfstandig naamwoord
Afbreking: We·sen·kind
Pluralis: We­sen­kin­ner n dat We­sen­kind
[1]
perifere woordenschat
Nedersaksisch:
Nederlands:
Engels:
Duits:

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: Wees + Kind