zelfstandig naamwoord
Afbreking: Glas·hütt
Pluralis: Glas­hüt­ten f de Glas­hütt
[1]
geavanceerde woordenschat
Nedersaksisch:
Industrieanlaag, in de Glas maakt warrt
Nederlands:
Engels:
Duits:

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: Glas + Hütt