Uitspraak in het Plat: /ɔːlkiːˑp/
zelfstandig naamwoord
Afbreking: Aal·kiep
Pluralis: Aal­kie­pen f de Aal­kiep
[1]
perifere woordenschat
Nedersaksisch:
Nederlands:
Duits:

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: Aal + Kiep