Uitspraak in het Plat: /dva͡ɐsnɔːt/
zelfstandig naamwoord
Afbreking: Dwars·naht
Pluralis: Dwars­nähd f de Dwars­naht
[1]
perifere woordenschat
Nedersaksisch:
Nederlands:
Engels:
Duits:

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: dwars + Naht