Uitspraak in het Plat: /kɪnɐdɛɪ̯ɾn/
zelfstandig naamwoord
Afbreking: Kin·ner·deern
Pluralis: Kin­ner­deerns f de Kin­ner­deern
[1]
geavanceerde woordenschat
Nedersaksisch:
Nederlands:
Engels:
Voorbeelden:

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: Kind + Deern