Uitspraak in het Plat: /øːvɐbɛt/
zelfstandig naamwoord
Afbreking: Ö·ver·bett
Pluralis: Ö­ver­bed­den n dat Ö­ver­bett
[1]
geavanceerde woordenschat
Nedersaksisch:
Nederlands:
Duits:

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: över + Bett