Uitspraak in het Plat: /ɔpmɔːln̩/
werkwoord
Afbreking: op·ma·len
[1]
kaart kaart tonen
perifere woordenschat
actief
Nedersaksisch:
malen op wat
Duits:
aufmalen

Werkwoordvormen:

infinitief:
op­ma­len
voltooid deelwoord:
op­maalt
ik
du
he/se/dat
wi
ji
se
tegenwoordig:
ik maal op
du maalst op
he/se/dat maalt op
wi maalt op
ji maalt op
se maalt op
verleden:
ik maal op
du maalst op
he/se/dat maal op
wi ma­len op
ji ma­len op
se ma­len op
voltooid:
ik heff op­maalt
du hest op­maalt
he/se/dat hett op­maalt
wi hebbt op­maalt
ji hebbt op­maalt
se hebbt op­maalt
conjunctief:
ik maal op
du maalst op
he/se/dat maal op
wi ma­len op
ji ma­len op
se ma­len op
imperatief:
maal op!
maalt op!

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: op + malen
Rijmwoorden
Plattmakers Plattmakers is een Nedersaksisch woordenboek dat ook vertalingen in verschillende talen biedt. Krijg meer informatie.