Uitspraak in het Plat: /afbʊfn̩/
werkwoord
Afbreking: af·buf·fen
[1]
kaart kaart tonen
perifere woordenschat
actief
Nedersaksisch:
stöten
Duits:
stoßen

Werkwoordvormen:

infinitief:
af­buf­fen
voltooid deelwoord:
af­buff­t
ik
du
he/se/dat
wi
ji
se
tegenwoordig:
ik buff af
du buff­st af
he/se/dat buff­t af
wi buff­t af
ji buff­t af
se buff­t af
verleden:
ik buff af
du buff­st af
he/se/dat buff af
wi buf­fen af
ji buf­fen af
se buf­fen af
voltooid:
ik heff af­buff­t
du hest af­buff­t
he/se/dat hett af­buff­t
wi hebbt af­buff­t
ji hebbt af­buff­t
se hebbt af­buff­t
conjunctief:
ik buff af
du buff­st af
he/se/dat buff af
wi buf­fen af
ji buf­fen af
se buf­fen af
imperatief:
buff af!
buff­t af!

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: af + buffen
Rijmwoorden
Plattmakers Plattmakers is een Nedersaksisch woordenboek dat ook vertalingen in verschillende talen biedt. Krijg meer informatie.