Uitspraak in het Plat: /pɾɔu̯duːt͡sɛnt/
zelfstandig naamwoord
Afbreking: Pro·du·zent
Pluralis: Pro­du­zen­ten m de Pro­du­zent
[1]
geavanceerde woordenschat
Voorbeelden:
De Produzent verkofft sien Produkt in dree Varianten.

Etymologie:

Woord afgeleid van: pro-