Uitspraak in het Plat: /slaxtʃɪp/
zelfstandig naamwoord
Afbreking: Slacht·schipp
Pluralis: Slacht­scheep n dat Slacht­schipp
[1]
perifere woordenschat
Nedersaksisch:
Nederlands:
Engels:
Voorbeelden:
Dat leste Slachtschipp, dat noch föhrt is, weer 1992 de USS Missouri.

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: Slacht + Schipp