Uitspraak in het Plat: /zaɪ̯ljaxt/
zelfstandig naamwoord
Afbreking: Seil·jacht
Pluralis: Seil­jach­ten f de Seil­jacht
[1]
perifere woordenschat
Nedersaksisch:
Nederlands:
Engels:
Duits:

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: Seil + Jacht