Uitspraak in het Plat: /axtɐʃɔt/
zelfstandig naamwoord
Afbreking: Ach·ter·schott
Pluralis: Ach­ter­schot­ten n dat Ach­ter­schott
[1]
perifere woordenschat
Nedersaksisch:
Duits:

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: achter + Schott