Uitspraak in het Plat: /ɔːntn̩stɛː͡ɐt/
zelfstandig naamwoord
Afbreking: Aan·ten·steert
Pluralis: Aan­ten­steer­ten m de Aan­ten­steert
[1]
perifere woordenschat
Nedersaksisch:
Nederlands:
Engels:
Duits:

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: Aant + Steert