Uitspraak in het Plat: /t͡sɛntnɐ/
zelfstandig naamwoord
Afbreking: Zent·ner
Pluralis: Zent­ners m de Zent­ner
[1]
geavanceerde woordenschat
Nedersaksisch:
Engels:
Duits:
Voorbeelden:
De Sack weegt een Zentner.