Uitspraak in het Plat: /bɪn̩vant/
zelfstandig naamwoord
Afbreking: Bin·nen·wand
Pluralis: Bin­nen­wänn f de Bin­nen­wand Westfaals, Oostfaals, Mecklenburgisch, Märkisch
Pluralis: Bin­nen­wann f de Bin­nen­wand Noord-Nedersaksisch
[1]
geavanceerde woordenschat
Nedersaksisch:
Nederlands:
Engels:
Duits:

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: binnen + Wand