Uitspraak in het Plat: /smɔtɔːl/
zelfstandig naamwoord
Afbreking: Smott·aal
Pluralis: Smott­aals m de Smott­aal
Pluralis: Smott­aal m de Smott­aal
[1]
geavanceerde woordenschat
Nedersaksisch:
Nederlands:
Engels:
Duits:

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: smotten + Aal