zelfstandig naamwoord
Afbreking: Manns·volk
Niet gebruikt het pluralis n dat Mann­s­volk
[1]
geavanceerde woordenschat
Nedersaksisch:
Nederlands:
Engels:
menfolk Meer tonen
Duits:
Mannsvolk Meer tonen
Antoniemen:
Froensvolk

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: Mann + Volk