Uitspraak in het Plat: /hatbɔu̯m/
zelfstandig naamwoord
Afbreking: Hatt·boom
Pluralis: Hatt­bööm m de Hatt­boom Westfaals, Noord-Nedersaksisch, Pommersch, Pruisisch
Pluralis: Hatt­bo­men m de Hatt­boom
[1]
geavanceerde woordenschat
biologische species
Nedersaksisch:
Nederlands:
Engels:

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: hatt + Boom