Stieg in het Nedersaksisch

Uitspraak in het Plat: /stiːˑç/

zelfstandig naamwoord

Pluralis: Stiegen n dat Stieg

[1]

kaart

geavanceerde woordenschat

Nedersaksisch:

twintig Stück von wat

Nederlands:

stijg

telmaat voor 20

Engels:

score

count of 20

Duits:

Steige

Zählmaß für 20 Stück

Voorbeelden:

Twintig Garven sünd een Stieg.

afbeelding, dat de onderbetekenis illustreerd

Etymologie:

Woord afgeleid van: stiegen

Identieke woorden ››› Stieg ❔︎

Plattmakers is een Nedersaksisch woordenboek dat ook vertalingen in verschillende talen biedt. Krijg meer informatie.