Uitspraak in het Plat: /pɛːˑ͡ɐvɛɪ̯pʃ/
zelfstandig naamwoord
Afbreking: Peer·weepsch
Pluralis: Peer­weep­schen f de Peer­weepsch
[1]
geavanceerde woordenschat
biologische species
Nedersaksisch:
Nederlands:
Engels:
Duits:
Voorbeelden:
Mi hett en Peerweepsch steken.

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: Peerd + Weepsch