Uitspraak in het Plat: /hathʊln̩/
zelfstandig naamwoord
Afbreking: Hatt·hul·len
Pluralis: Hatt­hul­lens m de Hatt­hul­len
[1]
perifere woordenschat
biologische species

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: hatt + Hullen