Uitspraak in het Plat: /vɔːtɐløːˑs/
zelfstandig naamwoord
Afbreking: Wa·ter·löös
Pluralis: Wa­ter­lö­sen f de Wa­ter­löös
[1]
perifere woordenschat
Nedersaksisch:
Waterloop, de Water wegföhrt
Duits:

Etymologie:

Woord afgeleid van: Water