Taal veranderen naar:
Plattdüütsch
Deutsch
English
Taal blijvend veranderen
Böstel
in het Nedersaksisch
Uitspraak in het Plat:
/bœstəl/
zelfstandig naamwoord
Afbreking:
Bös·tel
Pluralis:
Bösteln
f
de Böstel
[1]
kaart tonen
geavanceerde woordenschat
actief
huishouding
×
kaart voor onderbetekenis [1] van „Böstel”
bekend
onbekend
bekend in de dialectgroep
onbekend in de dialectgroep
onbepaald
🛈
Over de kaarten
Groningen:
Helmer Molema:
Wörterbuch der Groningenschen Mundart im neunzehnten Jahrhundert.
Diedrich Soltau’s Verlag, Norden 1888, pagina 53
PDF, 21,8 MB
Pott:
Heinrich Beisenherz:
Vokalismus der Mundart des nordöstlichen Landkreises Dortmund.
Noske, Borna-Leipzig 1907, pagina 69
PDF, 2,3 MB
Eemsland:
Wortliste des Heimatarchivs Lengerich.
Zuid-Oost-Friesland:
Heide Braukmüller:
Wörtersammlung zur niederdeutschen Sprache auf den Ziegeleien des Rheiderlandes.
Dr. Reinhard, Leer 1998, ISBN 3-927-139-38-6
Nedersaksisch:
Böst
Nederlands:
borstel
Engels:
brush
Duits:
Bürste
Voorbeelden:
Nehm
de
Böstel
un
maak
diene
Schoh
rein
!
Samengesteld woorden:
bösteln
Rijmwoorden
Plattmakers is een Nedersaksisch woordenboek dat ook vertalingen in verschillende talen biedt. Krijg meer informatie.