Uitspraak in het Plat: /plɔːnlɔːkn̩/
zelfstandig naamwoord
Afbreking: Plaan·la·ken
Pluralis: Plaan­la­kens n dat Plaan­la­ken
[1]
perifere woordenschat
Nedersaksisch:
Engels:
Duits:

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: Plaan + Laken