Uitspraak in het Plat: /kɾøːy̯ɡɐʃ/
zelfstandig naamwoord
Afbreking: Krö·gersch
Pluralis: Krö­ger­schen f de Krö­gersch
[1]
geavanceerde woordenschat
Nedersaksisch:
Nederlands:
Engels:
Duits:
Voorbeelden:

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: Kröger + -sch