Uitspraak in het Plat: /ɾʊlbɔu̯m/
zelfstandig naamwoord
Afbreking: Rull·boom
Pluralis: Rull­bööm m de Rull­boom Westfaals, Noord-Nedersaksisch, Pommersch, Pruisisch
Pluralis: Rull­bo­men m de Rull­boom
[1]
perifere woordenschat
Nedersaksisch:
Duits:

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: rullen + Boom