zelfstandig naamwoord
Afbreking: Stop·pen
Pluralis: Stop­pens m de Stop­pen
[1]
geavanceerde woordenschat
Nedersaksisch:
Nederlands:
Engels:
Duits:
Voorbeelden:
Maak man en Stoppen op de Buddel op!

Etymologie:

Woord afgeleid van: stoppen
Identieke woorden ››› stoppen ❔︎