Uitspraak in het Plat: /nɔːmɪddaç/
zelfstandig naamwoord
Afbreking: Na·mid·dag
Pluralis: Na­mid­daag m de Na­mid­dag
[1]
geavanceerde woordenschat
Nedersaksisch:
Nederlands:
Engels:
Duits:
Voorbeelden:
De Namiddag güng gau rüm.

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: na + Middag