Uitspraak in het Plat: /bɛɪ̯tklɔk/
zelfstandig naamwoord
Afbreking: Beed·klock
Pluralis: Beed­klo­cken f de Beed­klock
[1]
perifere woordenschat
Nedersaksisch:
Engels:
Duits:

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: beden + Klock