Uitspraak in het Plat: /kastn̩vɔːɡn̩/
zelfstandig naamwoord
Afbreking: Kas·ten·wa·gen
Pluralis: Kas­ten­wa­gen m de Kas­ten­wa­gen Märkisch
Pluralis: Kas­ten­wa­gens m de Kas­ten­wa­gen Noord-Nedersaksisch
[1]
perifere woordenschat
Nedersaksisch:
Nederlands:
Engels:
Duits:

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: Kasten + Wagen