Uitspraak in het Plat: /hɔːkn̩taʊ̯/
zelfstandig naamwoord
Afbreking: Ha·ken·tau
Pluralis: Ha­ken­tau­en n dat Ha­ken­tau
[1]
perifere woordenschat
Nedersaksisch:

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: Haken + Tau