zelfstandig naamwoord
Afbreking: Ha·ken
Pluralis: Ha­kens m de Ha­ken
[1]
geavanceerde woordenschat
Nedersaksisch:
Nederlands:
Engels:
Duits:
Voorbeelden:

Etymologie:

Woord afgeleid van: Haak
Identieke woorden ››› haken ❔︎