Taal veranderen naar:
Plattdüütsch
Deutsch
English
Taal blijvend veranderen
Giss
in het Nedersaksisch
Uitspraak in het Plat:
/ɡɪs/
zelfstandig naamwoord
Pluralis:
Gissen
f
de Giss
[1]
kaart tonen
perifere woordenschat
actief
×
kaart voor onderbetekenis [1] van „Giss”
bekend
onbekend
bekend in de dialectgroep
onbekend in de dialectgroep
onbepaald
🛈
Over de kaarten
Cuxland:
Heinrich Teut:
Hadeler Wörterbuch: der plattdeutsche Wortschatz des Landes Hadeln (Niederelbe).
Wachholtz, 1959, deel 2, pagina 52
Nedersaksisch:
en
Vermoden
Nederlands:
gissing
vermoeden
Engels:
guess
assumption
conjecture
Duits:
Vermutung
Mutmaßung
Voorbeelden:
Ik
weet
dat
nich
,
aver
na
mien
Giss
is
dat
so
.
Etymologie:
Woord afgeleid van:
gissen
Rijmwoorden
Plattmakers is een Nedersaksisch woordenboek dat ook vertalingen in verschillende talen biedt. Krijg meer informatie.