Uitspraak in het Plat: /duːnhaɪ̯t/
zelfstandig naamwoord
Afbreking: Duun·heit
Niet gebruikt het pluralis f de Duun­heit
[1]
perifere woordenschat
Voorbeelden:

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: duun + -heit