Uitspraak in het Plat: /tɛːɔːtɐhuːz/
zelfstandig naamwoord
Afbreking: The·a·ter·huus
Pluralis: The­a­ter­hüüs n dat The­a­ter­huus Noord-Nedersaksisch, Pommersch
Pluralis: The­a­ter­hü­ser n dat The­a­ter­huus Westfaals, Noord-Nedersaksisch, Oostfaals, Märkisch, Pommersch
Pluralis: The­a­ter­hu­sen n dat The­a­ter­huus
[1]
geavanceerde woordenschat
Nederlands:
Engels:
Duits:

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: Theater + Huus