zelfstandig naamwoord
Afbreking: Acht·kant
Pluralis: Acht­kan­ten n dat Acht­kant
[1]
geavanceerde woordenschat
Nedersaksisch:
Nederlands:
Engels:
Duits:
Voorbeelden:
En Stoppschild hett de Form von en Achtkant.

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: acht + Kant