Uitspraak in het Plat: /nɛːɡn̩klɔu̯k/
zelfstandig naamwoord
Afbreking: Ne·gen·klook
Pluralis: Ne­gen­klooks m de Ne­gen­klook
[1]
geavanceerde woordenschat
Nedersaksisch:
Nederlands:
Engels:
smart-aleck Meer tonen
Duits:
Neunmalkluger Meer tonen
Voorbeelden:
Du büst mi ok son Negenklook!

Etymologie:

Woord afgeleid van: negenklook
Identieke woorden ››› negenklook ❔︎