Uitspraak in het Plat: /vʊstpɾøːy̯kəl/
zelfstandig naamwoord
Afbreking: Wust·prö·kel
Pluralis: Wust­prö­kels m de Wust­prö­kel

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: Wust + Prökel