Uitspraak in het Plat: /mʊsəlɪç/
bijvoegelijk naamwoord
Afbreking: mus·se·lig
musseliger musseligst
[1]
geavanceerde woordenschat
Nedersaksisch:
Nederlands:
Engels:
Duits:
[2]
perifere woordenschat
Nedersaksisch:
Duits:

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: musseln + -ig