Uitspraak in het Plat: /sløːy̯mɐ/
zelfstandig naamwoord
Afbreking: Slö·mer
Pluralis: Slö­mers m de Slö­mer
[1]
perifere woordenschat
Nedersaksisch:
Duits:

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: slömen + -er