Uitspraak in het Plat: /bɛtstɛːˑ/
zelfstandig naamwoord
Afbreking: Bett·steed
Pluralis: Bett­ste­den f de Bett­steed
[1]
perifere woordenschat
Nedersaksisch:
Engels:
Duits:

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: Bett + Steed