Uitspraak in het Plat: /bənɛdn̩/
bijwoord
Afbreking: be·ned·den
[1]
geavanceerde woordenschat
Nedersaksisch:
Nederlands:
Engels:
Duits:
Voorbeelden:
Dat Schipp föhrt na benedden.

Etymologie:

Woord afgeleid van: be-