Uitspraak in het Plat: /ɡɾɔːpm̩ɡɛɪ̯tɐ/
zelfstandig naamwoord
Afbreking: Gra·pen·ge·ter
Pluralis: Gra­pen­ge­ters m de Gra­pen­ge­ter
[1]
perifere woordenschat

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: Grapen + Geter