Uitspraak in het Plat: /ɡɛvɛɪ̯z/
zelfstandig naamwoord
Afbreking: Ge·wees
n dat Ge­wees
[1]
geavanceerde woordenschat
[2]
perifere woordenschat
Nedersaksisch:
Nederlands:
Engels:
ado
Duits:
Voorbeelden:
Wat maakt ji dor denn son Gewees von?

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: ge- + wesen