Uitspraak in het Plat: /snøːmɛst/
zelfstandig naamwoord
Afbreking: Snö·mest
Pluralis: Snö­mes­ten n dat Snö­mest
[1]
perifere woordenschat
Nedersaksisch:
Nederlands:
Engels:
Duits:

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: snöen + Mest