Uitspraak in het Plat: /pathøːy̯kɐ/
zelfstandig naamwoord
Afbreking: Patt·hö·ker
Pluralis: Patt­hö­kers m de Patt­hö­ker
[1]
perifere woordenschat
Nedersaksisch:
Nederlands:
Engels:
Duits:

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: Patt + -er