Uitspraak in het Plat: /lɛtɐdɔu̯k/
zelfstandig naamwoord
Afbreking: Let·ter·dook
Pluralis: Let­ter­dö­ker n dat Let­ter­dook
Pluralis: Let­ter­dö­ker m de Let­ter­dook Märkisch
Pluralis: Let­ter­döök m de Let­ter­dook Westfaals
[1]
perifere woordenschat
Nedersaksisch:
Nederlands:
Engels:
Duits:

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: Letter + Dook